
Luid kwetterend scheert een visdiefje over de sloot heen, zijn sierlijke vlucht lijkt op een dans. Van de linker oever danst de vogel naar de rechter oever en weer terug. Met de snavel en ogen strak op het water gericht beweegt hij zich met een aanzienlijke snelheid alsof de duivel hem op de hielen zit. Schel gekrijs een tiental meter verderop verklaard al snel een hoop. Mevrouw visdief verwacht eerst een driegangen maal op deze prachtige zomeravond voordat wordt overgegaan tot slaapkamertaferelen.

Plotseling trekt het visdiefje de handram aan en in een sierlijke stijgende bocht stopt hij midden in zijn vlucht. Biddend als een torenvalk hangt hij boven het water met zijn blik strak op het water gericht. Perfect gesynchroniseerd met een nog hardere krijs van zijn aanstaande klapt hij de vleugels in om naar beneden te storten. Vanuit het opspattende water komt hij omhoog met een vis spartelend in zijn snavel. Vol trots vliegt hij naar zijn enthousiaste partner die de vis met veel plezier in ontvangst neemt.

Elk natuurmens heeft zo’n zijn favoriete lente soorten. Voor sommige zijn het rietgorsen, blauwborsten of de lepelaar die de lente aankondigen, maar als de visdiefjes weer over de poldersloten scheren is voor mij de lente echt begonnen.
